4 mei: oorverdovende stilte (column)

04 mei 2018, 12:19 Columns
rood wit blauw nederlandse vlag
Pixabay
Vanmorgen werd ik wakker, rond een uur of half zeven. Omdat ik prachtige bomen kan zien zodra ik mijn ogen doe, slaap ik altijd met de gordijnen open. Vandaag valt me op hoe de zon precies boven de daken uitkomt en tussen de bomen door, zorgt voor een zachte, lichte schittering tussen het frisse groen. Ik maak er een foto van. Niet de allerbeste kwaliteit, maar ik wil het moment tóch vastleggen en stil staan bij deze dag . Het is vier mei tweeduizendachttien. Ik ben vrij.
Ik spring uit bed en kijk uit naar een lange dag, waarin ik kan doen wat ik wil. En dat is niets bijzonders; gewoon een beetje rommelen in huis. Even later pruttelt het koffiezetapparaat en staat de buitendeur open. Niets lekkerder dan deze tijd van het jaar binnen te laten komen; ik ben me bewust van de natuur omdat die prachtig, nieuw én ontploft is. Een uur later ben ik, na de gebruikelijke koffie, sigaret én rondje nieuws op tv en social media, met van alles en nog wat bezig. Het gewassen beddegoed, hangt buiten aan de droogmolen. Het waait nauwelijks, dus dat duurt nog wel even voordat het droog is. Maar vanavond slaap ik onder frisruikende lakens.
Spotify speelt Alive van Pearl Jam; sowieso een geweldig, maar ook toepasselijk nummer op een dag als vandaag. Ik zet het volume wat harder, zodat het geluid van de stofzuiger naar de achtergrond verdwijnt en ik wat harder kan meezingen. I feel good!
Ik haal de vlag uit de schuur en zoek een trapje.
Het is vier mei tweeduizendachttien. Ik sta stil en denk na over deze dag, waarop ik vrij ben en in vrijheid kan doen en laten wat ik wil. En aan degenen, die ooit zo naar deze dag verlangden, maar voor wie deze dag nooit meer zou komen. Geen enkele dag. Ik sta stil en denk aan hen die verslagen achter bleven, die hun vaders en zonen verloren omdat ze voor onze vrijheid vochten.
Het trapje is gevonden. De vlag ondertussen hangt halfstok. Ik eet een krentenbol met kaas. Zometeen heb ik een afspraak bij de kapper. Als ik niet opschiet, moet ik nog haasten.
Ik hoop dat het vanavond om acht uur oorverdovend stil is op de Dam.