Het is belangrijk dat in Etten-Leur woningen en voorzieningen goed bereikbaar blijven. Daarvoor is samenwerking tussen onder andere de gemeente en provincie nodig. Op uitnodiging liet gedeputeerde Suzanne Otters-Bruijnen zich bijpraten over een aantal verkeersknelpunten in Etten-Leur, door burgemeester Mark Verheijen en wethouder Jean-Pierre Schouw.
In de Omgevingsvisie ‘Etten-Leur doet het gewoon !’ heeft de gemeente grote ontwikkelingen genoemd die zij tot 2040 wil realiseren. De ontwikkeling van een nieuwe wijk Haansberg is daar een voorbeeld van en dit gebied lag dus op de route die Suzanne Otters-Bruijnen aflegde in gezelschap van de burgemeester, wethouder en verschillende ambtenaren.
In Etten-Leur wil men over een aantal jaren starten met de eerste werkzaamheden in het gebied Haansberg. Het gaat daarbij in het begin om bijvoorbeeld aanvoer en afvoer van grond door vrachtwagens. Dat vrachtverkeer gaat gebruikmaken van de bocht Vossendaal/Hoevenseweg, en dus de provinciale weg N640. Deze wordt door de provincie opnieuw ingericht, maar die uitvoering is vertraagd. Het gemeentebestuur is daar bezorgd over. Zij verzochten de provincie aan de oorspronkelijke planning vast te houden. Met name de aanleg van de nieuwe rotonde in de bocht Hoevenseweg met Vossendaal is daarbij belangrijk. Wethouder Schouw: “Met de aanleg van die rotonde wordt gezorgd dat het huidige fiets- en autoverkeer over de Hoevensweg en Vossendaal beter en veiliger samengaat. Dat is nú al wenselijk, en wordt in de toekomst nog wenselijker, gezien de toekomstige ontwikkeling in Haansberg.”
Een idee voor het regionale verkeer, dat de gemeente heeft voor de lange termijn, werd ook nog aan de gedeputeerde uitgelegd: een provinciale weg ten noorden van Etten-Leur tussen de Hoevenseweg (N640) en de Zevenbergseweg (N389). De gemeente wil namelijk graag verder onderzoeken wat mogelijkheden zijn voor een goede doorstroming van verkeer en de verkeersveiligheid, ook over de gemeentegrenzen heen. Dat geldt voor delen van het huidige wegennet in Etten-Leur en ook het wegennet van de toekomst. Zij vertelden de gedeputeerden daarom over hun wens om verder te onderzoeken wat de effecten zijn, en meerwaarde is, van zo’n regionale verbindingsweg voor het verkeer in en om Etten-Leur. Dit willen zij graag samen met buurgemeenten en de provincie, legden zij uit.
Ter hoogte van de Ambachtlaan werd een ander belangrijk gespreksonderwerp aangesneden: de wens voor een beter doorstroom rondom het spoor aan de oostkant van Etten-Leur, bijvoorbeeld een tunnel onder het spoor. Vanwege de huidige voorspelling over de toename van vervoer over het spoor en de huidige verkeersdrukte aan het Lichttorenhoofd wil de gemeente daar nu steviger op doorpakken. Burgemeester Mark Verheijen en wethouder Jean-Pierre Schouw hebben de gedeputeerde gevraagd samen verder vorm te geven aan onderzoek. Verheijen: “Dat onderzoek moet duidelijk maken welke oplossingen gaan bijdragen aan een betere doorstroom van het verkeer, en welke meerwaarde dit voor de regio biedt. Als de provincie wil meewerken, gaat Etten-Leur de buurgemeenten benaderen en bij dat onderzoek betrekken. Met name ook het Rijk heeft hier dan een rol in. Suzanne Otters-Bruijnen luisterde met interesse naar de wensen en ideeën van de gemeente. Tot slot vertelde een inwoner over zijn ervaring van het wonen aan het Lichttorenhoofd. Ook omwonenden van onder andere het Lichttorenhoofd kijken uit naar een oplossing voor de huidige verkeersstructuur.